Leerkracht Elien Van Dyck van het Go! Atheneum in Hoboken en haar leerlingen van het zesde jaar Kantoor waren een van de scholen die tijdens het schooljaar 2023-2024 intekenden op een auteursresidentie. Auteur Barbara Rottiers kwam twintig lesuren over de vloer om de tieners via workshops de liefde voor lezen en schrijven bij te brengen. Samen maakten ze een reisgids van het Kiel. Wij vroegen aan Elien naar vijf inzichten die ze meeneemt uit de auteursresidentie.

Leerkracht Elien Van Dyck (uiterst rechts op de foto hierboven) heeft zelf rechten gestudeerd. Voor het luik Nederlands in haar vak PAV haalt ze graag externe expertise in huis. “Ik ben best wel creatief en lees veel, maar ik heb geen Nederlands gestudeerd en literair schrijven is niet mijn specialiteit. Het was dus heel interessant om schrijfster Barbara Rottiers twintig uur in de klas te hebben. Zij kon de klas een literatuurinjectie geven zoals ik dat zelf nooit zou kunnen.” Hoewel Elien aangeeft dat ze het moeilijk vindt om het project volgend schooljaar op eigen houtje te herhalen - “Het zal nooit hetzelfde zijn als met een professionele schrijver” - heeft ze toch een pak inspiratie opgedaan.

1. Lees voor om te landen in de les

Al voor de komst van Barbara las Elien af en toe voor in de klas: “Sinds mijn collega’s een workshop samenlezen volgden, zijn wij op school met die methodiek aan de slag gegaan. De leerlingen verplichten om thuis een boek te lezen, is te veel gevraagd. Samen rustig een tekst lezen in de klas, lukt wel. Alleen: in de praktijk schiet het er vaak bij in.” De ervaring met de auteursresidentie zorgde ervoor dat Elien helemaal overtuigd is om de gewoonte te hernemen: “De leerlingen worden er rustig van. Het is een ideale manier om te landen in de les. Ik moet het echt veel vaker doen.”

De teksten die Barbara selecteerde, vielen in de smaak: van de passages van Albert Camus die de leerling met Algerijnse roots vervulden met trots, over grappige gedichtjes van Toon Tellegen, tot fragmenten uit ‘Hoe vermoord ik mijn familie?’, dat alleen al omwille van de titel intrigeerde. “De keuze was verrassend. Zelf ben ik geneigd om teksten te selecteren die een zeker nut hebben, bijvoorbeeld omdat ze aansluiten bij de actualiteit.”

Bij Barbara stond het lees- en luisterplezier voorop. Ze gaf aan dat de leerlingen mochten genieten van teksten alsof het muziekstukken zijn. En dat deden ze ook.

2. Leg de drempel voor schrijfopdrachten zo laag mogelijk

Barbara liet de leerlingen tijdens de eerste sessies ook kennismaken met literatuur via enkele schrijfoefeningen. Elien: “Iets op papier zetten - al zijn het een paar lijntjes - is voor veel leerlingen uit mijn klas onwennig. De opdrachten begonnen dus erg laagdrempelig. Denk aan schrijfoefeningen als: vertel in vijf zinnen over het zotste dat je ooit hebt meegemaakt.” Erg leuk vond Elien de opdracht waarin de leerlingen een personage mochten verzinnen: “Barbara had een tabel bij met vragen die de leerlingen moesten beantwoorden. Hoe heet je personage? Welke hobbies heeft die? Wat is hun trauma? Hoeveel zussen heeft die? Daar kwamen de zotste personages en verhalen uit.” Wat voor Elien ook goed werkte, was de manier waarop Barbara de feedback op die opdrachten aanpakte: “Ze deed dat een-op-een, nooit klassikaal. Voor veel leerlingen is creatief schrijven een overwinning op zichzelf. Ze zouden dichtklappen als die opdrachten in groep werden besproken.”

3. Werk naar een tastbaar eindresultaat toe

Na een viertal sessies vol voorlees- en schrijfplezier, was het tijd voor een brainstorm. Wat wilde deze klas maken? Elien: “Voor de leerlingen was het best vaag wat de mogelijkheden waren. Het hielp dat Noa Heyndrickx van Literatuur Vlaanderen langskwam in de klas en toonde wat andere scholen hadden gedaan. Ook Barbara had wat voorbeelden mee.” Zo ontstond het idee om een reisgids van het Kiel - de woonwijk van de leerlingen - te maken: “Dat was concreet en sloot aan bij hun leefwereld. Tegelijk was binnen het thema nog alles mogelijk. Ieder kon er zijn ding mee doen: van een interview afnemen met Saïd Boumazoughe, een bekende acteur die hier woont, tot een tiplijstje samenstellen met de leukste plekken voor jongeren.” Het eindresultaat mag er zijn, vindt Elien.

Het is fijn om te zien hoe trots de leerlingen zijn op hun boekje. Het toont nog maar eens hoe belangrijk het is om iets tastbaars te maken. Dat doen we eigenlijk te weinig.

4. Laat het van de leerlingen zelf komen

De grote kracht van het project zat voor Elien in de manier waarop Barbara de talenten van de leerlingen naar boven wist te halen. “Barbara had een goede neus voor wie wat zou kunnen. Voor elke leerling vond ze de geknipte rol: van interviewer tot chef planning. Met een bemoedigende ‘Dat lijkt me echt iets voor jou’ kon ze leerlingen doen stralen. Ik zag hen boven zichzelf uitstijgen.”

Elien vond het ook verfrissend dat Barbara regelmatig bij de leerlingen polste of zij een specifieke taak zagen zitten. “Zelf heb ik de neiging om taken op te leggen. Zij deed dat niet. Ze liet het van de leerlingen zelf komen. En toch deed iedereen goed mee, zelfs zonder dat er een quotering aan te pas kwam. Ik hoop dat de leerlingen dat beseffen: dat ze dit uit zichzelf hebben gedaan. En dat dat leuk én leerrijk was.”

Auteursresidentie Barbara Rottiers

5. Vlieg er niet meteen in, maar bouw op

Twintig sessies om een reisgids samen te stellen, het lijkt wel wat, maar toch vond Elien de timing krap. “Barbara is na afloop nog een paar keer vrijwillig langsgekomen om het project mooi af te ronden. Daar ben ik haar erkentelijk voor. Ze heeft er van bij het begin haar tijd voor genomen. Ze is niet meteen met de deur in huis gevallen - zoals ik vaak doe - maar heeft uitgebreid opgebouwd. Pas na de helft van de sessies stond de brainstorm gepland. Je kunt dat allicht zakelijker aanpakken en meer doelmatig werken. Maar als je wilt vertrekken vanuit de leerlingen zelf, moet je genoeg context geven.”

5 TIPS VAN ELIEN OM SAMEN MET TAALARME LEERLINGEN EEN BOEK TE MAKEN 

  • Begin de les met voorlezen, dat is een ideale manier om rust te brengen. Qua lengte is een pagina of een kort gedichtje ideaal. Anders verliezen de leerlingen hun concentratie.

  • Hou er rekening mee dat je gedachten op papier zetten nieuw is voor veel leerlingen. Kies dus voor eenvoudige opdrachten en geef de feedback individueel.

  • Laat de leerlingen zien wat er allemaal mogelijk is, maar laat hen vervolgens zelf met ideeën komen.

  • Kies een project met een concreet eindresultaat dat welomlijnd is, maar dat de leerlingen toch voldoende vrijheid biedt om er hun eigen ding mee te doen. Zoek samen met de leerlingen naar taken die hen op het lijf geschreven zijn.

  • Vlieg er niet meteen in door direct over het eindresultaat te beginnen, maar bouw de sessies geleidelijk op.

Tekst: Katrien Elen