Wil je graag informatie ontvangen over boeiende lezingen en een overzicht krijgen van nieuwe auteurs op deze website? Schrijf je dan in voor onze maandelijkse nieuwsbrief vol inspiratie en handige tips!
De jaarwisseling is een moment van bezinnen, terugblikken en vooruitkijken. Ook bij Literatuur Vlaanderen. Tijdens onze eerste inspiratiedag van het nieuwe jaar nodigden we daarom filosofe Tinneke Beeckman uit om te vertellen over ‘Ken jezelf’. Dat boek verscheen in november 2023 en overschreed voor de kerstvakantie al de kaap van 10.000 verkochte exemplaren. “Voor mij was dit een tussendoorboek. Zo zie je maar dat je op voorhand nooit weet wat een succes zal zijn.”
Wat kan me troosten? Is mijn verlangen gevaarlijk? Waarvoor kan ik dankbaar zijn? Ben ik een narcist? Hoe lui kan ik zijn? Het zijn maar enkele van de levensvragen die we allemaal kennen en die Tinneke Beeckman opwerpt in haar boek ‘Ken jezelf’. Op zoek naar een antwoord leidt ze ons langs de grootste geesten uit de filosofie en wereldliteratuur: van Socrates, Hannah Arendt en Albert Camus tot Marcel Proust, Spinoza en Virginia Woolf. Vertrekkend vanuit die persoonlijke vragen ontdekt ze hoe hun ideeën je blik op jezelf en het leven kunnen verrijken.
“De titel van mijn boek is een van de oudste filosofische spreuken. Ze stond op de tempel voor Apollo in Delphi en op de Agora in Athene gebeiteld: gnoti seauton. Voor Socrates is dat gezegde de leidraad voor zijn filosofische gesprekken. Het betekent voor hem dat je altijd onderweg naar inzicht blijft; je ervaart dat je veel dingen niet weet.”
Tinneke werpt dan ook een heel ander licht op wat filosofie kan betekenen. Vaak reduceren we die tot theorieën en abstracte begrippen, maar veel filosofische wijsheden komen voort uit de praktijk, de concrete ervaring of een vraag waarmee filosofen hebben geworsteld en waarop ze een antwoord hebben geformuleerd. Filosofie komt volgens Tinneke niet alleen uit het hoofd, maar ook uit het lichaam. Het is iets dat leeft.
Dat is ook wat meteen opvalt als je Tinneke hoort vertellen: ze vertelt heel levendig en is ontzettend gepassioneerd. Heel open deelt ze haar ervaringen, voorkeuren én blinde vlekken. Wat vooral bijblijft, is haar pleidooi voor pluraliteit. Meerstemmigheid is voor Tinneke een essentieel onderdeel van het leven. Filosoferen is voortdurend in gesprek zijn met jezelf en betekent ook dat je verschillende – soms tegenstrijdige – visies kunt incorporeren.
“Tegengesproken worden, uit het lood geslagen zijn, niet meer weten wat je moet doen: dit zijn geen negatieve ervaringen die je moet vermijden. Ze kunnen een signaal, en zelfs een geschenk zijn. Vooral als je door een uitwisseling van ideeën verder leert kijken.”
In die zin zet ze de filosofische traditie van Socrates, de wandelende filosoof, voort. Hij wandelde rond en stelde vragen aan de mensen die beweerden iets te weten. Na enkele rake vragen bleven zijn gesprekspartners het antwoord echter al te vaak schuldig. Ze liepen vast in hun redeneringen of wilden het gesprek abrupt beëindigen. Zo kregen ze de enige les die Socrates te bieden had: je weet vaak minder dan je zelf denkt.
Wait for the dust of reading to settle; for the conflict and questioning to die down, walk, talk, pull the dead petals from a rose, or fall asleep. Then suddenly, without our willing it, for it is thus that Nature undertakes these transitions, the book will return, but differently.
Tinneke vertelt hoe ze bij elke vraag die ze stelde, ervaarde dat haar eerste antwoord niet volstond als ze er een tijdje over nadacht. “Wat ik aanvankelijk meende te weten, bleek niet meer geldig. Op die momenten van vertwijfeling zocht ik advies bij een tekstfragment van een denker of schrijver. Dat tekstfragment bevatte een inzicht, een gedachte; iets wat me hielp om die vraag te beantwoorden. Vaak betrof het een boek of een artikel dat ik jaren voordien had gelezen. Al die tijd had de tekst me met rust gelaten – totdat hij opnieuw tot mij begon te spreken.”
En zo werpt ze ook een ander licht op literatuur en lezen. Wat je nu leest en misschien nog niet begrijpt, kan soms pas later in je leven betekenis krijgen en een antwoord bieden op een vraag die zich dan stelt. Literatuur heeft ook een meerwaarde ten opzichte van filosofie vanwege de diverse perspectieven die je via verschillende personages krijgt en de concrete ervaringen die aan bod komen die je zelf niet kunt beleven. Daarvoor citeert Tinneke graag enkele auteurs.
U bent zo jong, in het leven nog zo onervaren, dat ik u, mijn beste, zo goed ik kan, zou willen vragen geduld te hebben met alles wat in uw hart nog niet tot een oplossing is gekomen en te proberen de vragen zelf lief te hebben als voor u niet toegankelijke kamers en als boeken die in een volkomen onbekende taal zijn geschreven. Zoek nu niet naar de antwoorden die u niet gegeven kunnen worden, omdat u niet in staat zou zijn te leven. En het gaat erom alles te leven. Leef uw vragen. Misschien leeft u dan gaandeweg, ongemerkt, op een dag in een ver verschiet het antwoord binnen.
In het vragenrondje na de lezing zijn we benieuwd om van Tinneke te horen wat maakt dat ze affiniteit heeft met een bepaalde tekst. Is dat alleen de tekst zelf of ook de auteur die erachter zit? Om die actuele vraag te beantwoorden grijpt de filosofe terug naar het verleden. “Voor de retoriek, om iemand te overtuigen, heb je volgens Aristoteles ethos, logos en pathos nodig. Ethos is de geloofwaardigheid van de spreker. Logos is de redenering, de argumenten die aangereikt worden. Pathos is het gevoel, de emoties die opgeroepen worden en die bepalen of iets met jou resoneert of niet. Ethos speelt altijd mee. Ook bij mij, of ik bepaalde filosofen apprecieer of niet. Bijvoorbeeld de politieke houding van Heidegger helpt niet om het met hem eens te zijn. Spinoza, van wie ik grote fan ben, straalt een veel grotere eenheid uit tussen zijn denken en zijn handelen. Zou ik een tekst goed kunnen vinden die geschreven is door iemand die ik verafschuw? Ik denk dat het op het vlak van de literatuur makkelijker is om die twee uit elkaar te halen. Je kunt bijvoorbeeld personages opvoeren die afschuwelijke dingen doen, maar die wel belangrijk zijn voor het verhaal. Tot slot heeft het ook te maken met temperament. Hoe komt het dat iets je aanspreekt en iets anders niet? Dat is niet helemaal verklaarbaar.”
In haar lezing legt Tinneke duidelijk uit waarom haar boek geen zelfhulpboek is, ook al lijkt de titel dat misschien te suggereren. Die fascinatie met onszelf is natuurlijk iets erg actueels. En dus stellen we haar de vraag of er te veel zelf is in deze tijd? “Ja, dat denk ik wel. Een van de teksten in het boek is ‘Ben ik een narcist?’ Het antwoord is natuurlijk al gegeven als je met je foto op de cover staat (lacht), maar voor mij heeft dat ook te maken met de idee van de maakbaarheid van de mens, dat we moeten zijn wie we willen zijn. Filosofie leert ons dat er een groot verschil is tussen doen wat je kunt doen en die maakbaarheid. Bij die maakbaarheid hoort niet alleen narcisme, maar ook moeilijk kunnen omgaan met de dood. Alles wat een beperking is of een eindigheid heeft, is een moeilijk onderwerp in onze maatschappij. Dat raakt ook aan een andere tekst in het boek – ‘Hoe lui kan ik zijn?’ Ik ben van nature heel lui, maar ik durf dat nooit zijn, dus dat is heel frustrerend. Ik moet altijd bezig zijn. En je moet ook aan jezelf werken. De tijd is vandaag van wie je moet zijn: je moet sporten, gezond eten …”
‘Ken jezelf’ verscheen in november en overschreed voor de kerstvakantie al de kaap van 10.000 verkochte exemplaren – goed voor een plaats in de non-fictie top 10 van Standaard Boekhandel. Tinneke houdt ook meer signeersessies dan bij haar eerdere titels en het boek raakt duidelijk een gevoelige snaar. “Er komen af en toe mensen met droevige verhalen. En ik probeer daar ook tijd voor te maken, want je voelt hoe weinig ruimte daar in onze maatschappij voor is. Op zich is het toch straf dat je naar een van mijn signeersessies moet komen om je verhaal te kunnen vertellen? Maar dat heeft natuurlijk ook iets moois, omdat je voelt dat mensen er iets aan hebben. Er is een enorme honger naar ideeën over wat mensen echt ervaren. En dat is ook het succes van het verhaal. Het grappige is dat dit voor mij een tussendoorboek was. Zo zie je maar dat je nooit op voorhand weet wat een succes zal zijn.”
Tinneke Beeckman (1976) is een van de meest vooraanstaande filosofen in het Nederlandse taalgebied. Ze schreef onder andere het bekroonde ‘Door Spinoza’s lens’ (2012), ‘Macht en onmacht’ (2015) en ‘Machiavelli’s lef’ (2020), waarmee ze de Hypatia-prijs won. Naast haar boeken schrijft Beeckman columns voor De Standaard en is ze voorzitter van de adviescommissie non-fictie bij Literatuur Vlaanderen.