
Hélène Gelèns
Biografie
Hélène Gelèns (1967) zoekt als dichter graag het experiment op. Haar speelse, muzikale en vaak meerstemmige gedichten nemen steeds een vorm aan die wordt opgelegd door de taal, het ritme en de zegging. Hélène’s eerste bundel 'Niet beginnen bij het hoofd' (Uitgeverij 521, 2006) bezorgde haar een nominatie voor de C. Buddingh’-prijs. Met 'Zet af en zweef' (Uitgeverij Cossee, 2010) won ze de Jan Campertprijs. Hélène’s laaste bundel 'Applaus vanuit het donker' (Uitgeverij Cossee) dateert van 2014. Vertalingen van haar poëzie verschenen in bloemlezingen en literaire tijdschriften in onder andere Argentinië, Canada, China, Duitsland, Frankrijk, Groot Brittannië, India, Polen, Spanje en de Verenigde Staten.
Hélène treedt regelmatig op met musici en schreef teksten voor muziek en radio, zoals het hoorspel 'Golfbrekers' (NPO 1, 2017) en geeft een poëziecursus aan de Schrijversvakschool in Amsterdam. In 2022 werkt Hélène aan nieuwe gedichten en legt ze de laatste hand aan haar romandebuut 'Op de golven': een zesspraak over rebellie, idealisme, geloof, ongeloof, liefde en respect. In 2022 verschijnt ook haar vierde dichtbundel 'beginnen voor gevorderden'.
Uitgelichte titels

zet af en zweef

Applaus vanuit het donker

Beginnen voor gevorderden
Lezingen
Hélène draagt eigen werk voor en vertelt over het ontstaansproces van haar gedichten. Ze gaat in op het spanningsveld tussen vorm en inhoud en illustreert dit met behulp van aantekeningen van eerste ideeën en vroege versies van gedichten.
Haar lezingen kunnen bijvoorbeeld de volgende vormen aannemen:
- Poëzieperformance, voorlezing van eigen werk;
- Lezing, interview en/of gesprek over het ontstaansproces van eigen poëzie (en eigen poëzievertalingen) en inspiratiebronnen uit de Nederlandstalige en/of internationale poëzie;
- Lezing over klankpoëzie (naar aanleiding van gedichten uit eigen dichtbundels, en desgevraagd ook naar aanleiding van (gepubliceerde) klankexperimenten van andere dichters);
- Lezing over poëzie en muziek (naar aanleiding van gedichten uit eigen dichtbundels);
- Lezing over poëzie en filosofie en de verhouding tussen dichten en denken (vertrekkend vanaf concrete gedichten uit eigen en andermans werk);
- Over poëzie lezen (naar aanleiding van eigen werk of andere dichters uit het Nederlandse taalgebied en/of hedendaagse internationale dichters).